Tara Lipinski
Tara Kristen Lipinski (Philadelphia, 10 juni 1982) is een voormalig Amerikaans kunstrijdster op de schaats.
Tara Lipinski | ||||
---|---|---|---|---|
Tara Lipinski tijdens Olympische Winterspelen 2014.
| ||||
Persoonlijke informatie | ||||
Volledige naam | Tara Kristen Lipinski | |||
Geboortedatum | 10 juni 1982 | |||
Geboorteplaats | Philadelphia | |||
Nationaliteit | Verenigde Staten | |||
Sportieve informatie | ||||
Specialisatie(s) | kunstschaatsen | |||
Officiële website | ||||
|
Levensloop
bewerkenLipinski won op vijftienjarige leeftijd een gouden medaille op de Olympische Winterspelen 1998 in Nagano, vlak daarachter Michelle Kwan en Chen Lu. Ze werd hiermee de jongste olympisch kampioene bij het kunstschaatsen en de jongste individuele olympisch goudenmedaillewinnaar bij de Winterspelen.[1] Een jaar eerder kroonde Lipinski zich al tot de jongste wereldkampioene ooit in het kunstrijden.[1] Enkele maanden na haar Olympische succes maakte ze bekend dat ze professioneel ging schaatsen[2], maar na vele fysieke ongemakken en ingrepen stopte ze er een aantal jaar later mee.
Ze woonde jarenlang in New York, maar verhuisde in 2012 naar Los Angeles. Ze was na haar sportcarrière een commentator voor het kunstrijden.[3] Lipinski is getrouwd en is moeder van een dochter.
Belangrijke resultaten
bewerkenKampioenschap | 93/94 | 94/95 | 95/96 | 96/97 | 97/98 |
---|---|---|---|---|---|
Olympische Spelen | |||||
Wereldkampioenschap | 15e | ||||
Grand Prix-finale | |||||
Nationaal kampioenschap | |||||
WK junioren | 4e | 5e | |||
NK junioren | * |
- * = bij de novice
Externe links
bewerken- (en) Profiel van Tara Lipinski op sports-reference.com (gearchiveerd)
- (en) Profiel van Tara Lipinski op Olympic.org
- ↑ a b (en) THE XVIII WINTER GAMES: FIGURE SKATING -- WOMAN IN THE NEWS; Dynamo on the Ice: Tara Kristen Lipinski, The New York Times, 21 februari 1998
- ↑ (en) FIGURE SKATING ; Lipinski Turns Pro To Unite Her Family, The New York Times, 8 april 1998
- ↑ (en) Life After the Games for Five Former Olympians, The New York Times, 18 juni 2012