bruine schaatsenrijder
- (IPA in voorbereiding)
- brui·ne schaat·sen·rij·der
- verbinding van bruine en schaatsenrijder
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bruine schaatsenrijder | bruine schaatsenrijders |
verkleinwoord | bruin schaatsenrijdertje | bruine schaatsenrijdertjes |
de bruine schaatsenrijder m
- (halfvleugeligen) Gerris thoracicus een wants uit de familie van de Gerridae (Schaatsenrijders). De soort werd het eerst wetenschappelijk beschreven door Theodor Emil Schummel in 1832
- Het woord 'bruine schaatsenrijder' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.