De printervriendelijke versie wordt niet langer ondersteund en kan weergavefouten bevatten. Werk uw browserbladwijzers bij en gebruik de gewone afdrukfunctie van de browser.
Een aardhommel op een bloem. In de betekenis van ‘mannetjesbij’ voor het eerst aangetroffen in 1301 [ 1]
[1] en [3] afgeleid van het klanknabootsende Middelnederlands hommelen (met het achtervoegsel -el [2]) de hommel v m
(vliesvleugeligen ) Bombus geslacht van insecten die behoren tot de familie Apidae Europa , Noord-Afrika , Azië, Noord- en Zuid-Amerika . Verschillende Europese hommelsoorten zijn door de mens geïntroduceerd in Nieuw-Zeeland en Tasmanië . In België en Nederland komen ongeveer dertig verschillende soorten voor, waarvan enkele zeldzaam zijn [ 2] (plantkunde ) hopplant [ 3] (muziek ) muziekinstrument, verwant aan de doedelzak [ 4] [1] aardhommel , aardhommel-groep , akkerhommel , boloog , boomhommel , boomkoekoekshommel , boshommel , donkere tuinhommel , gele hommel , gewone koekoekshommel , grashommel , grote koekoekshommel , grote tuinhommel , grote veldhommel , heidehommel , koekoekshommels , late hommel , lichte koekoekshommel , Limburgse hommel , moshommel , rode koekoekshommel , steenhommel , tuinhommel , tweekleurige koekoekshommel , veenhommel , veldhommel , vierkleurige koekoekshommel , waddenhommel , weidehommel , wilgenhommel , zandhommel
1. insect uit het geslacht Bombus dat in de taxonomie wordt beschouwd als een grote harige bij
99 %
van de Nederlanders;
98 %
van de Vlamingen.[ 5]
insect uit een geslacht van insecten die behoren tot de familie Apidae
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
