maltentig
- mal·ten·tig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | maltentig | maltentiger | maltentigst |
verbogen | maltentige | maltentigere | maltentigste |
partitief | maltentigs | maltentigers | - |
maltentig [2]
- overdreven op netheid gericht
- Haar maltentig gedrag is soms ergerlijk.
- Het woord 'maltentig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "maltentig" herkend door:
9 % | van de Nederlanders; |
13 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ maltentig op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be