beuling
Uiterlijk
- beu·ling
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beuling | beulingen |
verkleinwoord | - | - |
de beuling m
- Het woord beuling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "beuling" herkend door:
33 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ beuling op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be