bloemenman
Uiterlijk
- Geluid: bloemenman (hulp, bestand)
- bloe·men·man
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bloemenman | bloemenmannen |
verkleinwoord | bloemenmannetje | bloemenmannetjes |
de bloemenman m
- (beroep) verkoper van bloemen, handelaar in bloemen
- ▸ Ondanks de zachte winter nu maakt de organisatie zich geen zorgen over de komende editie. "We hebben er nog geen zicht op. Onze bloemenman gaat zich pas drie weken voor het corso echt druk maken", zegt Den Hartog.[1]
- ▸ Veel Groningers hebben hun herinneringen aan de V&D aan de Grote Markt. Vroeger stopten er de lijnbussen, die vlak voor de hoofdingang drommen klanten afzetten. De bloemenman denkt met weemoed terug aan die tijd, aan de klanten en aan de drukte.[2]
- Het woord bloemenman staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Bloemencorso Bollenstreek vanwege warme winters voortaan een week eerder” (Woensdag 22 januari 2020, 11:28), NOS
- ↑ Weblink bron “Groninger klanten blijven geloven in hun V&D” (Dinsdag 3 februari 2015, 21:29), NOS