hofdignitaris
Uiterlijk
- hof·dig·ni·ta·ris
- samenstelling van hof zn en dignitaris zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hofdignitaris | hofdignitarissen |
verkleinwoord | - | - |
de hofdignitaris m
- (beroep) iemand die een waardigheid aan het hof bekleedt
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord hofdignitaris staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.