[go: nahoru, domu]

Naar inhoud springen

person

Uit WikiWoordenboek
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Person


person, g

  1. persoon
  2. figuur


enkelvoud meervoud
person persons

person

  1. persoon


  • per·son
  • Afkomstig van het Latijnse zelfstandige naamwoord persona
Naar frequentie 928
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   person     personen     personer     personene  
genitief   persons     personens     personers     personenes  

person, m

  1. persoon



  • per·son
  • Afkomstig van het Latijnse zelfstandige naamwoord persona
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   person     personen     personar     personane  

person, m

  1. persoon


  • In het eerste geval ontleend aan het Engelse person ("persoon"), in het tweede geval aan het Engelse parson ("pastoor").
enkelvoud meervoud
 person   personau 

person m

  1. persoon
enkelvoud meervoud
 person   personiaid 

person m

  1. (religie) pastoor
  2. (religie) geestelijke, clericus


  • per·son
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   person     personen     personer     personerna  
genitief   persons     personens     personers     personernas  

person, g

  1. persoon