timmerwerk
Uiterlijk
- Geluid: timmerwerk (hulp, bestand)
- tim·mer·werk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | timmerwerk | timmerwerken |
verkleinwoord | timmerwerkje | timmerwerkjes |
het timmerwerk o
- het timmeren dat men als arbeid uitvoert
- ▸ Hij was soldaat eerste klasse en gespecialiseerd in timmerwerk en metselen. Op sociale media toonde hij zich een sympathisant van radicale Afro-Amerikaanse actiegroepen.[2]
- wat getimmerd is
- ▸ Hij is de Gerrit Rietveld van de eenentwintigste eeuw: digitaal designer en kunstenaar Joris Laarman. Net als de beroemde Utrechter heeft hij bijzondere stoelen ontworpen. Timmerwerk is het niet: de artistieke zetels komen allemaal uit 3D-printers. Het zijn opvallende stukken uit een veel breder oeuvre.[3]
- Het woord timmerwerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Schutter Dallas was 'lone wolf' met sympathie voor zwarte militanten” (09-07-2016), NOS
- ↑ Weblink bron “Joris Laarman, digitale ontwerprevolte in Groninger Museum” (21-11-2015,), NOS