[go: nahoru, domu]

Naar inhoud springen

-rice

Uit WikiWoordenboek
Huidig
bestand
23
  • -ri·ce
  • van het Frans (daarvoor van de Latijnse uitgang -(t)rix)
enkelvoud meervoud
naamwoord -rice -rices
verkleinwoord -ricetje
-riceje
-ricetjes
-ricejes

-rice v

  1. ter vorming van vrouwelijke persoonsnamen naast mannelijke persoonsnamen op -eur
  • met een werkwoord als grondwoord dan
  1. de vrouw die de genoemde handeling verricht (b.v. directrice) of
  2. instrument of ander middel waarmee de in het grondwoord genoemde handeling wordt verricht