[go: nahoru, domu]

Naar inhoud springen

Schaafstro

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door 94.210.38.223 (overleg) op 30 nov 2010 om 15:10.
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Schaafstro
Fertiele stengel
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Pteropsida
(Varens en paardenstaarten)
Orde:Filicales
Familie:Equisetaceae (Paardenstaartenfamilie)
Geslacht:Equisetum (Paardenstaart)
Soort
Equisetum hyemale
L. (1753)
Stengels
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Schaafstro op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

Schaafstro (Equisetum hyemale) of schuurriet is een vaste plant die behoort tot de paardenstaartenfamilie (Equisetaceae). De naam schaafstro is afkomstig van de ruwe stengel, die vroeger wel gebruikt werd als schuurmiddel. De plant komt van nature voor in Eurazië en Noord-Amerika. De plant wordt ook wel in de siertuin gebruikt.

De plant wordt 40-90 cm hoog en vormt wortelstokken. De zeer ruwe, donkerblauwe of olijfgroene, holle stengel is 3-6 mm dik. De holte is twee derde of meer van de doorsnee van de stengel. De in kransen staande bladeren bestaan uit kleine schubben, waarbij de bladscheden grotendeels met elkaar vergroeid zijn tot een stengelschede. De tot 9 mm lange, grijsgroene stengelscheden omsluiten de stengel zeer stijf. Ze hebben een of twee zwartachtige banden en verdrogen grijswit. De priemvormige, dunvliezige, gekronkelde tanden vallen al vroeg af, waarna de rest van de schede ondiep gekarteld is.

In juni tot augustus verschijnen er sporenaren op de top van de stengels. De aren zijn tot 2,5 cm lang en als ze rijp zijn verdrogen ze en vallen daarna af. Als de planten in sterke schaduw groeien worden meestal geen aren gevormd. De aar is kegelvormig en bestaat uit zeshoekige schubjes waar aan de binnenkant het sporangium met de sporen zich bevinden.

De sporen hebben bladgroen en twee springdraden (elateren), die in droge toestand om de spore zijn gewikkeld. Wanneer de springdraden nat worden strekken ze zich en duwen de spore uit de aar. Er zijn twee typen sporen, mannelijke en vrouwelijke. De sporen groeien uit tot bladgroenhoudendee voorkiemen (prothallia). In dit stadium vindt de bevruchting plaats waarna de paardenstaart tot een volledige plant kan uitgroeien. De prothallia zijn gebonden aan een zeer open groeiplaats.

De plant komt voor vochtige, matig voedselarme grond in loofbossen, op zandige dijken, langs spoorwegen, in afgravingen en duinen.

Namen in andere talen

  • Duits: Winter-Schachtelhalm
  • Engels: Rough Horsetail, Scouring Rush
  • Frans: Prêle d'hiver
Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Equisetum hyemale op Wikimedia Commons.