[go: nahoru, domu]

Naar inhoud springen

Snelrecht

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Oranjesam (overleg | bijdragen) op 27 jan 2021 om 16:53. (zie ook niet-bestaand artikel?)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.

Snelrecht is een juridische term voor het op korte termijn uitvoeren rechtspraak.

Een voordeel is dat de straf snel volgt op het delict. Een mogelijk probleem betreft de rechten van de verdediging: wat is een acceptabele tijd om een dossier voor te bereiden?

Situatie in Nederland

Snelrecht is in Nederland een methode om minder- en meerderjarige misdadigers snel te straffen voor misdaden als rijden onder invloed, bezit van verboden middelen en mishandeling.

De verdachte krijgt bij zijn aanhouding de keuze voorgelegd om binnen twee weken een door het Openbaar Ministerie bepaald geldbedrag te betalen (transactie), of om na twee maanden alsnog te verschijnen voor de rechtbank (dagvaarding). Het transactievoorstel ontvangt de verdachte onmiddellijk van de politie.

Een voordeel van deze manier van rechtspreken is dat een proces dat normaal vele malen langer zou duren nu in twee maanden afgewikkeld kan worden. Een ander voordeel is dat het slachtoffer op deze manier snel zijn eventuele schadevergoeding krijgt.

In het kader van het programma ZSM (wat staat voor zo snel, slim, selectief, simpel, samen en samenlevingsgericht mogelijk) komt er een dagelijkse openstelling van het OM gedurende het gehele kalenderjaar, van 8 tot 22 uur, ook op zaterdagen, zondagen en feestdagen (7 x 14-uursdiensten).

Situatie in België

Het "snelrecht" in België kent drie verschillende procedures: de oproeping bij proces-verbaal[1] , de oproeping met onmiddellijke verschijning[2] en de rechtstreekse dagvaarding met betekening van de dagvaarding binnen de 24 uur na de vrijheidsbeneming.

Oproeping bij proces-verbaal (art. 216quater Sv)

  • Het opsporingsonderzoek is snel gevoerd.
  • De beklaagde is niet van zijn vrijheid beroofd.
  • Beklaagde wordt in kennis gesteld door een proces-verbaal dat hij wordt opgeroepen (binnen de twee maanden) om zich te melden bij de rechtbank. Deze kennisgeving telt als dagvaarding.
  • Slachtoffers kunnen zich later probleemloos burgerlijke partij stellen, aangezien ze misschien niet op de hoogte waren van de versnelde procedure.

Deze vorm van "snelrecht" wordt gebruikt als antwoord op (kleine) stadscriminaliteit. In 2009 vroeg de toenmalige minister van Justitie Stefaan De Clerck extra aandacht voor deze procedure na de onlusten in Sint-Jans-Molenbeek en later ook in de Anderlechtse wijk Kuregem. Ook het Brusselse openbaar ministerie was vragende partij voor meer mensen en middelen om deze procedure in de praktijk te realiseren.[3]
In 2009 zijn er in België 1.160 personen gedagvaard via een oproeping bij proces-verbaal. In 2010 lag dit aantal op 1.797 personen.[4]

Oproeping met onmiddellijke verschijning

  • Het opsporingsonderzoek is snel gevoerd
  • Beklaagde is wel van zijn vrijheid beroofd: verschijnt binnen de 7 dagen voor het vonnisgerecht.

Op 28 maart 2002 heeft het Grondwettelijk Hof verschillende bepalingen van de wet vernietigd, na toetsing met artikel 10 en 11 van de Grondwet. De wetgever heeft de wetgeving aangepast en sedertdien is deze procedure onbruikbaar geworden en ligt ze bijgevolg stil.

Dagvaarding binnen de 24 uur na de vrijheidsbeneming

  • Het opsporingsonderzoek is snel gevoerd
  • Beklaagde is wel van zijn vrijheid beroofd: binnen de termijn van 24 uur na zijn vrijheidsberoving wordt de dagvaarding betekend, waarna de beklaagde weer in vrijheid wordt gesteld
  • De betekening van de dagvaarding gebeurt door een politieambtenaar conform art. 645 Sv.
  • Het verder verloop van de strafprocedure verloopt zoals een klassieke dagvaarding door het Openbaar Ministerie