Dirk Schenk van Erbach
Dietrich (Theoderich) Schenk von Erbach (* 1390; † 6 mei 1459 in Aschaffenburg) was van 1434 tot 1459 en aartsbisschop van Mainz.
Levensloop
[bewerken | brontekst bewerken]Hij werd geboren als zoon van Eberhard, de erfgenaam van Erbach. Aanvankelijk kanunnik in Mainz, werd hij op 6 juli 1434 door het Mainz Domkapittel tot nieuwe aartsbisschop gekozen. Paus Eugenius IV bevestigde hem op 20 oktober van hetzelfde jaar in zijn kantoor. Van 1436 tot 1438 trad de geestelijke Ludwig von Ast († 1455) op als zijn kanselier, die hij daarna steunde en wiens verkiezing tot bisschop van Worms hij in 1445 veiligstelde, wat echter leidde tot kerkelijke geschillen.
In de onrust van de Raad van Bazel nam Dietrich een neutraal standpunt in en probeerde tussen de partijen te bemiddelen. In april 1439 ontving hij in Mainz de legaat van de Concilie van Bazel, bisschop van Vic (Spanje) Jordi d'Ornós († 1452) (Vicensis),[1][2] die in oktober 1440 in Bazel werd benoemd tot “Pseudokardinaal” door de tegenpaus Felix V.[3] Hij adviseerde de Duitse prinsen om neutraal te blijven. Nadat in juni 1439 in Bazel was besloten tot de afzetting van paus Eugenius IV en in november Felix V als anti-paus was geïnstalleerd, slaagde Dietrich erin een overeenkomst te bereiken tussen de prinsen en de keizer: Eugenius IV werd toen de legitieme aanvaarde paus.
Dietrichs broer was Philipp Schenk von Erbach († 1467), abt van het Benedictijnenklooster Weissenburgklooster (Wissembourg) in de Elzas.
Grafmonument
[bewerken | brontekst bewerken]Dietrich Schenk von Erbach vond zijn laatste rustplaats voor de trappen van het hoogaltaar in de collegiale basiliek Sint-Petrus en Alexanderkerk in Aschaffenburg. De grafplaat die daar werd opgericht leed ernstige schade tijdens de Tweede Markgravenoorlog in 1552, veroorzaakt door de troepen van markgraaf Albrecht Alcibiades. Het werd in 1607/08 afgebroken als onderdeel van renovatiewerkzaamheden aan het koor. Ter vervanging creëerde de beeldhouwer Hans Juncker, nazaat van de Juncker beeldhoudersfamilie, een grafschrift voor de collegiale kerk, waarvoor hij op 16 juli 1608 een laatste betaling van 63 gulden ontving.[4]
Externe links
[bewerken | brontekst bewerken]Schenk von Erbach in het online persoonsregister van de Germania Sacra.
Literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- Leo Bruhns: Würzburger Bildhauer der Renaissance und des werdenden Barock. München 1923.
- Sjabloon:NDB
- Ingrid Heike Ringel: Studien zum Personal der Kanzlei des Mainzer Erzbischofs Dietrich von Erbach (1434-1459) (Quellen und Abhandlungen zur mittelrheinischen Kirchengeschichte 34). Mainz 1980.
- Wolfgang Voss: Dietrich von Erbach. Aartsbisschop van Mainz (1434-1459). Studies over keizerlijke, kerkelijke en staatspolitiek en over de aartsbisschoppelijke raden (bronnen en verhandelingen over de kerkgeschiedenis van de Midden-Rijn 112). Mainz 2004, ISBN 3-929135-46-9 (online).
- ↑ Vgl. Société suisses d'héraldique: Archivum heraldicum (1916), p. 67.
- ↑ Regesta van 10 april en 23 juni 1439 in: Badische Historische Commission (red.), Heinrich Witte (arr.): Regesten der Markgrafen von Baden und Hachberg, 1050–1515, Vol. II 1422-1503. Wagner, Innsbruck 1901, nr. 5940, p. 103, en nr. 5969, p. 105 (Google Books); hier ten onrechte: “Georg bisschop van Vicenza”.
- ↑ Vgl. Claude Fleury, Jean Claude Fabre, Alexandre Lacroix, vertaald door Gasparo Gozzi: Storia ecclesiastica, Vol. Antonio Cervone, Napels 1771, pp. 73, 85 en 97 (Google Books).
- ↑ Wolfram Becher, Alfred F Wolfert: Die Ahnenwappen des Mainzer Erzbischofs Dietrich Schenk von Erbach (1459) auf seinem Epitaph in der Aschaffenburger Stiftskirche. In: Aschaffenburger Jahrbuch 5 (1972), pp. 303–314.